De organisators van de Formule 1 races pleiten voor financiële hulp van de sport om het doel van achttien races te kunnen halen. De evenementen verkeren in onwetendheid en geldtekorten door toedoen van het coronavirus.
Één van de organisators vindt dat de Formule 1 lagere tarieven moet accepteren als ze de financiële gezondheid van de initiatiefnemers wil waarborgen. Omdat het afzeggen van alles en iedereen dat bij een Formule 1 weekend komt kijken met boetes bekocht moet worden, en tickets juist niet meer verkocht worden is het vrijwel onmogelijk voor de organisators om aan de financiële wensen van de FOM te voldoen.
Voor een Grand Prix worden honderden bussen geboekt, nog meer politieagenten ingehuurd en tijdelijke tribunes opgebouwd. Het afzeggen van al deze zaken gaat allemaal gepaard met annuleringskosten. Bovendien moeten de personen die zorgen voor de opbouw, het vervoer en de veiligheid maanden van tevoren worden benaderd, en dat is momenteel lastig aangezien het niet eens duidelijk is wanneer de volgende race gehouden wordt.
Dan zijn er nog de tickets, de grootste inkomstenbron voor een Grand Prix organisator. Tachtig procent van de fans boekt zijn of haar ticket vier maanden voor de Grand Prix. Zij plannen dus het afreizen naar een race. Dat is momenteel onmogelijk, wetende dat geen enkele race echt vast staat. Daarbovenop wordt het nu sterk afgeraden om een vliegticket te boeken. Ten slotte maken mensen zich vandaag de dag meer zorgen om de economie en hun eigen financiële zaken nu de economie zo goed als plat ligt. Echt reden voor het bestellen van een kaartje voor een Grand Prix is er dus ook niet.
Al met al zit de sport dus met een aantal belangrijke vragen. Niet alleen de vraag wanneer er weer geracet kan worden, maar ook met de vraag hoe die race fatsoenlijk georganiseerd kan worden.
