Het is vandaag precies 30 jaar geleden dat er op de straten van Phoenix een gevecht werd uitgevochten tussen een Braziliaan en een Fransman. Dat klinkt nog niet zo gek, maar het wordt wel verrassend als je erachter komt dat de Fransman niet Alain Prost, maar Jean Alesi heette. Laten we terugkijken naar die bijzondere openingsrace van 1990.
De eerste race van 1990 vond plaats op het stratencircuit in Phoenix, Arizona. Heftige regen op zaterdag betekende dat alleen de tijden van de kwalificatiesessie op vrijdag ertoe deden. Dit zorgde voor een best opvallende grid, waarbij Berger weliswaar op pole position stond, maar achter hem waren het Pierluigi Martini en Andrea de Cesaris op plekken twee en drie. Jean Alesi stond op de vierde plek, met achter hem Ayrton Senna. De Braziliaan had elektrische problemen gekend op de vrijdag en stond dus minder ver vooraan dan normaal. Alain Prost, die zijn eerste race voor Ferrari zou rijden, stond slechts op plek 7.
Bij de start leek het er op dat Berger de leiding zou behouden, totdat Alesi met een vastberaden inhaalactie de leiding overnam. De onervaren Fransman, met hiervoor slechts 8 starts op zijn naam, begon zelfs met het slaan van een gat. Senna was inmiddels opgeklommen naar de derde plek, toen hij plotseling voor zijn neus Berger in de bandenstapels zag. Zijn teamgenoot was de controle verloren, maar kon uiteindelijk wel terugkomen naar de pits. Hij kwam zelfs nog terug in de race, maar was al op een aantal ronden gezet. Bovendien hinderde hij ook nog de Williams van Thierry Boutsen, die daardoor een plaats verloor. Een pitstop van Piquet gaf hem die plaats echter al snel weer terug. Voor Ferrari was het een rampzalig weekend. Nadat eerst Prost al uit was gevallen met versnellingsbakproblemen, ontplofte bij Mansell de koppeling. Zijn Ferrari spinde al vlammend uit de race.
De race was ondertussen al bijna halverwege, en nog steeds reed Alesi aan de leiding. Hier kwam verandering in toen Alesi verkeer tegenkwam. Dit zorgde er namelijk voor dat Senna het gat kon dichten. In ronde 34 was Senna dicht genoeg om een inhaalactie te proberen, en hij zette zijn McLaren aan de binnenkant in bocht 1. Alesi was echter nog niet verslagen; hij hield het gas erop en zette de Tyrrell voorbij aan de McLaren in de tweede bocht.
Toch kon Alesi niet verhinderen dat Senna het een ronde later weer probeerde. Ondanks dat Senna nu wel het gat dichtgooide, was Alesi nog steeds niet achtergelaten. Wiel aan wiel reden ze door de straten, totdat Senna hem uiteindelijk van zich af kon schudden. Hiermee kwam er een einde aan het gevecht, en Senna reed daarna redelijk onbedreigd naar de finish. Alesi zou zijn eerste van twee podiums dat jaar scoren, met achter hem de Williams van Thierry Boutsen.
Na afloop zei Senna nog dat hij volop van het gevecht het genoten: ‘Het was een mooi, eerlijk gevecht. Dit is waar ik mijn raceplezier vandaan haal.’
