De column van Jeroen van Inkel: de halo

inkel

Ik dacht: voor ik er iets over ga zeggen zoek ik even op wat er over te vinden is. Met ingang van dit seizoen zijn de teams verplicht er één op hun auto te schroeven, ze zijn bedoeld voor de veiligheid van de coureurs en ze kunnen het gewicht dragen van 15 Fomule 1-auto’s: de halo.

Mijn eerste reactie op deze veiligheidsring was behoorlijk ongenuanceerd. Ik dacht wat een spuuglelijk ding! Daarnaast waren de beelden van de onboardcamera ook 70% slechter omdat het ding oncomfortabel in de weg hing!

Maar er is iets gebeurd wat ik totaal niet had verwacht. Sinds afgelopen weekend kijk ik naar die halo op de verschillende bolides en vind ik ze eigenlijk wel mooi! Boem, dat had ik dus niet verwacht. Nu de teams de halo meenemen in de totale look and feel van de auto klopt het gewoon. Wat ik nu zie is gewoon de organische ontwikkeling van de Formule 1. Daar worden dingen als eerste ontdekt en geprobeerd: niet alleen om die laatste tienden van een seconde uit een motor te persen, maar ook het verbeteren van de veiligheid van de rijder.

Toen Phil Bastiaanse in 1995 tijdens een

" target="_blank" rel="noopener">heftige crash in de Clio Cup levensgevaarlijk uit het zijraam hing en met alle geluk van de wereld net op tijd niet naar buiten viel werden het seizoen daarop 'de veiligheidsnetjes' op het linkerzijraam verplicht.

Als coureur moest ik daar best aan wennen. Het uitzicht naar links werd natuurlijk sterk gereduceerd waardoor ik in de eerste training met die dingen collega Pim van Riet van de baan drukte. Maar ontwikkelingen aan raceauto’s horen erbij en moeten gebeuren. Natuurlijk reageren we soms negatief, maar in feite is de halo een geweldige uitvinding, want de rijders zijn nu beter beschermd en daar gaat het om.

Wat we nu zien is dat de teams ook manieren hebben gevonden om de halo optimaal visueel in het ontwerp van de auto op te nemen. Ferrari heeft het in dat opzicht misschien wel het beste gedaan met die combinatie van rood aan de bovenkant en met zwart aan de zij- en onderkant. Hierdoor is het nu gewoon één geheel geworden. De SF71H gaat er geen seconde harder door, maar het oog wil ook wat. Nu nog even dat stoere motorgeluid terug dat we nog kennen van vroeger, Max die even een paar races wint en ik ben weer helemaal gelukkig.

Stel je vraag

Heb je een vraag voor Olav Mol? Stel hem dan hier!
Vraag insturen

Blijf op de hoogte!

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
Aanmelden