Formule 1 voor rookies – Grand Prix-weekend

test-barcelona-sebastian-vettel

De race op zondag is het hoogtepunt van het Grand Prix-weekend. Het is het sluitstuk van een driedaags evenement.

 

Het begint op vrijdag met twee vrije trainingen, met uitzondering van Monaco waar op donderdag de twee sessies worden afgewerkt. Iedere training duurt anderhalf uur. De teams mogen op vrijdag ervoor kiezen een andere coureur, de zogenoemde derde rijder, in plaats van een van hun vaste coureurs te laten rijden. Meestal gebeurt dit tijdens de eerste vrije training. Dit betekent wel dat een van de vaste coureurs zal moeten toekijken tijdens de training, want elk team mag maar twee auto’s laten rijden.

Er zit geen limiet aan het aantal ronden dat een rijder mag afwerken tijdens beide trainingen. Dat geldt ook voor de derde vrije training die op zaterdag wordt afgewerkt. In de één uur durende sessie worden de laatste puntje op de i gezet voordat de kwalificatie begint, die de startvolgorde bepaalt voor de race op zondag.

Kwalificatiesysteem

Het huidige kwalificatiesysteem is opgedeeld in drie delen: Q1, Q2 en Q3. Iedere coureur mag zelf bepalen hoeveel ronden hij tijdens de kwalificatie rijdt. Elke ronde die is begonnen voordat de finishvlag is gezwaaid, om het einde van Q1, Q2 of Q3 aan te kondigen, mag worden afgemaakt en telt mee in het bepalen van de startpositie. Alleen de snelste tijd per coureur telt.

In Q1 mogen alle auto’s, vorig seizoen waren dat er 22, de baan op. De coureurs hebben in dit kwalificatiedeel 18 minuten om een tijd op de klokken te zetten. Aan het einde van de sessie vallen de zes traagste coureurs af. Zij bezetten de laatste zes posities op de startgrid.

107 procent

In het geval een coureur langzamer is dan 107 procent van de snelste tijd in Q1 mag hij niet deelnemen aan de race. Echter, de stewards kunnen de rijder alsnog toestemming geven om mee te doen aan de race als het team kan aantonen dat de coureur bijvoorbeeld tijdens de training een competitieve tijd heeft gereden.

De zestien overgebleven coureurs gaan in Q2 voor 15 minuten de baan op. Ook in deze sessie vallen de zes langzaamste coureurs af. Na Q2 is de startgrid vanaf de elfde positie gevuld.

Pole position

Er blijven tien coureurs over en die strijden in Q3 om de pole position, de beste startpositie voor de race. Hiervoor heeft het tiental twaalf minuten de tijd. Aan het einde van de kwalificatie wordt aan de hand van de tijden de startvolgorde van de race bepaald. De coureur met de snelste tijd staat op pole position.

De deelnemers aan het laatste en beslissende deel van de kwalificatie zullen de volgende dag de race moeten aanvangen op de banden waarmee ze tijdens Q3 hebben gereden. De overige twaalf coureurs zijn vrij in hun bandenkeuze.

Tijdschema

En dan is het tijd voor het hoogtepunt van het weekend: de race. Deze begint met een opwarmronde waarna de coureurs zich opstellen op de startgrid in de volgorde waarin ze zijn gekwalificeerd. Voordat het zover is, moeten de teams en coureurs zich houden aan een strikt tijdschema.

Een halfuur voor de start van de opwarmronde gaat de pitstraat voor een kwartier open. De coureurs kunnen ervoor kiezen om een verkenningsrondje te rijden voordat ze hun plaats innemen op de grid. Vijf minuten na het sluiten van de pitlane mogen alleen nog coureurs, technici en raceofficials zich bevinden op de startgrid. Een minuut voor de start worden de motoren gestart en moet iedereen van de grid. Twee minuten daarvoor moeten alle banden op de auto zijn gemonteerd, anders volgt een tijdstraf van tien seconden.

Opwarmronde

Als het licht op groen gaat, begint de opwarmronde. Iedere coureur die een probleem heeft voordat het groene licht aangaat, moet zijn arm opsteken. Als het startveld deze coureur is gepasseerd, wordt de auto naar de pitstraat geduwd.

Tijdens de opwarmronde is het niet toegestaan in te halen, tenzij een auto een technisch probleem heeft. In het geval dat het probleem tijdens de opwarmronde is opgelost, mag de coureur de anderen weer inhalen om zijn startpositie in te nemen. Blijft een auto op de grid staan, terwijl het veld al onderweg is, dan moet de coureur achteraan starten.

Start van de race

Na de opwarmronde neemt het veld zijn startposities in. Vervolgens lichten vijf lampen rood op. Als deze lichten doven, gaat de race van start. Alleen tijdens slechte weersomstandigheden kan worden afgeweken van de startprocedure.

Tijdens de race mag een coureur een of meerdere malen een stop maken om banden te wisselen. Voorafgaand aan het weekend stelt bandenleverancier Pirelli twee typen beschikbaar. Coureurs zijn verplicht beide bandentypes te gebruiken. Als het regent tijdens de race hebben de coureurs eveneens de keuze uit twee soorten regenbanden, maar is het niet verplicht beide typen te gebruiken.

Afstand

De coureurs leggen tijdens een race het kleinste aantal volledige ronden af die een afstand van 305 kilometer overschrijdt. Uitzondering hierop is de race in Monaco. In het prinsdom wordt een totale afstand van iets meer dan 260 kilometer gereden.

Na afloop van de race worden punten toegekend aan de eerste tien finishers. De winnaar krijgt 25 punten, de nummer twee 18 punten, vervolgens aflopend van 15 naar 12, 10, 8, 6, 4 en 2. Het laatste punt is voor de nummer tien. De coureur die aan het einde van het seizoen de meeste punten heeft verzameld, is wereldkampioen.

Stel je vraag

Heb je een vraag voor Olav Mol? Stel hem dan hier!
Vraag insturen

Blijf op de hoogte!

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
Aanmelden